Orthographic guidelines – Dutch

Orthografische richtlijnen van de NCS – Nederlands

De Nederlandstalige orthografische richtlijnen van de NCS volgen grotendeels deze van de ICS in het Engels. Afwijkingen zijn mogelijk door taalkundige regels en lokale gebruiken in de  geowetenschappelijke gemeenschap.

Formele stratigrafische benamingen

De eerste letter van elk word wordt met hoofdletter geschreven (voorbeelden 1, 2, 3, 4), behalve officiële schrijfwijzen van geografische namen.

In opsommingen van gedeeltelijke namen van eenheden worden deze niet als eigennamen beschouwd, en zijn de regels voor informele eenheden van toepassing (voorbeeld 5).

De regels rond hoofdletters gelden ook voor adjectieven (voorbeeld 6).

Andere vermeldingen van rang worden niet met hoofdletter geschreven (voorbeeld 7).

Na een eerste vermelding van een stratigrafische eenheid kan een deel van de naam weggelaten worden indien de betekenis duidelijk is (voorbeeld 8).

Voorbeelden:

  1. Formatie van Boom
  2. Klei van Boom
  3. Lid van Heist-op-den-Berg
  4. Onder-Devoon
  5. formaties van Aachen en Vaals
  6. Pleistocene afzettingen
  7. formaties van de Landen Groep
  8. … van de Formatie van Boom. De Formatie wordt gekenmerkt …

Informale stratigrafische benamingen

Informele termen worden niet met hoofdletter geschreven, behalve als officiële schrijfwijze van bv. geografische namen (voorbeeld 9, 10).

Voorbeelden:

  1. voormalige lid van Veldhoven
  2. Champ Broquet en Frasnes formaties

Chronostratigrafische benamingen

Chronostratigrafische namen in het Nederlands volgen de Belgisch-Nederlandse ICS vertaling, met de standard “-iaan” uitgang (niet de “-ièn” uitgang van de Nederland-Nederlandse vertaling). De stam wordt zoveel mogelijk behouden (voorbeeld 11, 12, 13)

Geochronologische namen moeten niet van een rangbenaming vergezeld worden (voorbeeld 14), chronistratigrafische benamingen wel (voorbeeld 15).

Voorbeelden:

  1. Onder-Devoon
  2. Ypresiaan
  3. Quartair
  4. … in het Devoon = … in de Devoon Periode
  5. afzettingen uit het Devoon Systeem

Lithostratigrafische benamingen

In het Nederlands bestaat een lithostratigrafische naam uit een ranggedeelte, gevolgd door “van” en een geografisch gedeelte (voorbeeld 16). Het ranggedeelte kan gewisseld worden met een lithologisch gedeelte indien er een dominante lithologie kan vastgesteld worden en deze door de geowetenschappelijke gemeenschap wordt erkend (voorbeeld 17). De geografische component wordt niet vertaald.

Voorbeelden:

  1. Formatie van Boom
  2. Klei van Boom

Dus niet “Boom Formatie”, “Boom Klei” of “Boom Klein Formatie”, hoewel ook in gebruik.

Biostratigrafische benamingen

Voor biostratigrafische eenheden wordt het taxon gedeelte geschreven volgens de richtlijnen van de International Code of Zoological Nomenclature gepubliceerd door de International Commission on Zoological Nomenclature (voorbeeld 18).

Taxonomische namen van genus, subgenus, species of subspecies rang worden cursief gedrukt (voorbeeld 18).

Na een eerste vermelding kunnen de taxonomische species en subspecies naam op een consistente en duidelijke manier afgekort worden (voorbeeld 19, 20).

  1. Exus albus Assemblage Zone
  2. Didymograptus murchisoni Zone=> murchisoni Zone
  3. Paraspirifer (Paraspirifer) sandbergeri nepos Zone => (P.) s. nepos Zone

Meer informatie

We are using cookies to give you the best experience. You can find out more about which cookies we are using or switch them off in privacy settings.
AcceptPrivacy Settings

GDPR